Hier volgt het antwoord van Andries Hof. Daarnaast is deze vraag ook beantwoord door Reyer Gerlagh en Richard Tol.
Om deze vraag te beantwoorden moeten twee scenario’s met elkaar worden vergeleken: een waarin er geen klimaatbeleid plaatsvindt en de gemiddelde mondiale opwarming richting 4 graden aan het eind van de eeuw gaat en een waarin klimaatbeleid ervoor zorgt dat de opwarming beperkt wordt tot 1,5 tot 2 graden. Ondanks grote onzekerheden laten verschillende studies zien dat de schade die klimaatverandering met zich meebrengt veel hoger is dan de kosten die gepaard gaan met het tegengaan van klimaatverandering. De economische groei zal op lange termijn het hoogste zijn als klimaatopwarming wordt beperkt tot 1,5 tot 2 graden.
Om klimaatverandering binnen 1,5 tot 2 graden te beperken zijn flinke investeringen nodig in hernieuwbare energie, energie-infrastructuur en technologieën die opvang en afvang van CO₂ mogelijk maken. Tegelijk moet er veel minder geinvesteerd worden in fossiele technologieën zoals steenkool, olie en gas. De jaarlijkse investeringen in het energieysteem om 2 graden te halen worden voor de komende decennia geschat op 2,5% van het mondiale bruto binnenlands product (BBP) en voor 1,5 graden op 2,8% van het BBP[1]. Ter vergelijking: de huidige jaarlijkse investeringen in het energieystseem bedragen zo’n 2% van het BBP, dus dit moet met zo’n 20% à 40% worden verhoogd. De onzekerheid rond deze getallen is echter groot: een recente studie[2] toont aan dat de totale cumulatieve kosten variëren van 4 tot 60 biljoen dollar voor het halen van 2 graden en van 10 to 100 biljoen dollar voor 1,5 graden. Deze grote onzekerheidsmarges zijn met name het gevolg van onzekerheid in het klimaatysteem en de kosten van klimaatmaatregelen (bijvoorbeeld de ontwikkeling van kosten van hernieuwbaar, waterstof en opslag van elektriciteit).

Afbeelding via Pexels.com