Was dat anders geweest als Shell geen woonplaats had in Nederland?
Waar doet het schadebrengende feit zich voor
Ook zonder woonplaats in Nederland, zou de klimaatzaak tegen Shell mogelijk zijn geweest. In dat geval had de Nederlandse rechter bevoegd kunnen zijn op grond van de bijzondere regel bij vorderingen uit onrechtmatige daad dat ook, als alternatief, de rechters van de plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan bevoegd zijn [8]. Deze plaats omvat zowel (i) de plaats waar de schade is ingetreden of kan intreden (het Erfolgsort of de locus damni) als (ii) de plaats waar de handelingen die in causaal verband staan met de schade zich hebben voorgedaan (het Handlungsort of de locus delicti commissi). Er kunnen dus meerdere rechters tegelijkertijd bevoegd zijn. Dit is vaste rechtspraak sinds het arrest Bier/Mines de Potasse d’Alsace (Kalimijnen) uit 1976 van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschap [9]. Ook dat is overigens een zaak over milieuschade. De Franse kalimijnen deden massale zoutlozingen in de Rijn, waardoor stroomafwaarts een tuinder uit Nieuwerkerk aan de IJssel schade leed. De uitkomst was dat de Nederlandse tuinder terecht kon bij de rechtbank Rotterdam, omdat zijn schade daar was ingetreden.
Deze alternatieve grond voor rechtsmacht maakt het bovendien mogelijk om ook andere klimaatzaken tegen niet-Nederlandse bedrijven in te stellen bij de Nederlandse rechter. Aangenomen dat de rechtbank het bij het juiste eind had en de milieuschade inderdaad in Nederland intreedt, zal vervuiling veroorzaakt door andere petrochemische ondernemingen nou eenmaal even goed tot schade in Nederland leiden.
Het Erfolgsort
In de klimaatzaak zijn er verschillende omstandigheden denkbaar die de Nederlandse rechter rechtsmacht geven als rechter van de plaats waar het schadebrengende feit zich voordoet. Het meest voor de hand licht een beroep op het Erfolgsort: de schade doet zich overal in Nederland voor. Specifiek ging het ook om schade aan het Waddengebied in Nederland. Die schade bestaat er volgens de eisers vooral uit dat het Waddengebied niet meer droogvalt bij eb door de stijgende zeespiegel, met grote milieuschade tot gevolg. In de uitspraak zijn die omstandigheden ook behandeld in het kader van de bepaling van het toepasselijk recht (waar het Erfolgsort leidend is voor de bepaling van het toepasselijk recht). Wel waren de eisers dan uitgekomen bij de rechtbank Noord-Holland of Noord-Nederland, en niet in Den Haag.
Het Handlungsort
Het is daarnaast ook denkbaar dat er een Handlungsort in Nederland zou zijn. Bijvoorbeeld in het – onwaarschijnlijke – geval dat weliswaar de woonplaats van Shell buiten Nederland zou zijn, maar toch alle bestuursvergaderingen en algemene vergaderingen van aandeelhouders waarop het concernbeleid is vormgegeven in Nederland plaatsvonden.
In de Nigeriaanse zaken ligt dat anders. De bevoegdheid van het gerechtshof Den Haag hing volledig af van de omstandigheid dat Shell in Den Haag woonplaats heeft. Als Shell buiten Nederland was gevestigd, bijvoorbeeld in Londen, dan had de Nederlandse rechter in die zaak waarschijnlijk geen rechtsmacht kunnen aannemen. De uitzonderingsregel bij onrechtmatige daad is niet van toepassing: er is waarschijnlijk geen schadebrengend feit in Nederland te lokaliseren. De Nigeriaanse boeren leden hun schade waarschijnlijk slechts in Nigeria, waardoor het Erfolgsort buiten Nederland ligt. Als de onrechtmatige gedragingen van Shell (de concernleiding) bestaat uit het opzetten van een concernbeleid waarin het risico op de olielekken kon ontstaan of niet werd weggenomen, dan hangt het samen met de vestigingsplaats van Shell waar dat concernbeleid wordt vormgegeven. Als Shell dus buiten Nederland zou zijn gevestigd, dan lijkt het logisch dat het concernbeleid en dus de onrechtmatige gedraging zich ook buiten Nederland heeft voorgedaan.
Kan Shell nu nog onder de vonnissen van de rechtbank Den Haag uit door te verhuizen?
Nee, dat is niet mogelijk. Als een vonnis eenmaal is uitgesproken dan kan een partij die is veroordeeld daar niet met een simpele verhuizing vanaf komen.
Voor Shell zit er dus niets anders op dan de uitspraak te accepteren en na te leven of daartegen in hoger beroep te gaan. Shell kan dan niet alsnog aanvoeren dat de Nederlandse rechter onbevoegd is. Shell is in de eerste plaats gewoon te laat met dit argument. Een bevoegdheidsverweer moest meteen, voor alle andere verweren, worden opgeworpen bij de rechtbank. Als een gedaagde een dergelijk verweer niet meteen voert, wordt hij geacht de rechtsmacht te hebben geaccepteerd (zogenoemde vrijwillige prorogatie van rechtsmacht).
Ook als Shell in hoger beroep gaat, wat zij heeft aangekondigd [10], kan zij niet tussentijds verhuizen en alsnog aanvoeren dat de Nederlandse rechter vanaf de verhuizing geen internationale rechtsmacht meer toekomt. Het beginsel van perpetuatio fori staat hieraan in de weg. Het peilmoment voor de rechtsmacht van de Nederlandse civiele rechter is het moment van aanhangig maken van het geding: het moment van betekening van de dagvaarding [11]. Als de Nederlandse rechter op dat moment rechtsmacht heeft, dan blijft die rechtsmacht voortduren.
Het is ook de vraag of een verhuizing Shell zal beschermen tegen toekomstige klimaatzaken in Nederland. Als de eisers met succes betogen dat de schade in Nederland intreedt, dan blijft de Nederlandse rechter toch gewoon bevoegd om deze zaken te behandelen.