Wat kunnen we doen voor bodemherstel?
De definitie voor ‘regeneratief’ is hierboven gegeven en uitgewerkt. Voor de dagelijkse praktijk is natuurlijk de vraag wezenlijk of veeteelt zo kan worden toegepast dat het inderdaad aan bodemherstel bijdraagt. Regeneratieve veebedrijven kunnen verschillende maatregelen toepassen voor bodemherstel op met name grasland. Voorbeelden daarvan zijn toepassing van zo weinig mogelijk kunstmest en in plaats daarvan vaste dierlijke, strorijke mest en compost op kruidenrijk, blijvend grasland met naast gras en kruiden ook klaver. Ook op percelen waar andere voedergewassen worden geteeld, zoals snijmaïs, is het effectief om vaste dierlijke, strorijke mest en compost te gebruiken. Dat kan worden gecombineerd met niet-kerende grondbewerking en met onder- of nazaai van groenbemesters. Niet-kerende grondbewerking betekent dat de boer niet ploegt maar de grond oppervlakkig bewerkt, zodat het bodemleven zo weinig mogelijk verstoord wordt. Groenbemesters zijn gewassen die geteeld worden om de bodem te verbeteren, niet voor voedsel voor mens of dier. Groenbemesters kunnen gedurende de winter blijven staan of, als gras als groenbemester wordt ingezaaid, na de winter als tijdelijk grasland kan worden gebruikt.
De mate waarin genoemde maatregelen effectief zijn, is momenteel nog volop in onderzoek. In grote lijnen komt daaruit bovenstaand beeld naar voren (zie ook Koopmans et al. (2019) voor wat eerste resultaten).